Overdrachtsbelasting is een belasting die in Nederland wordt geheven wanneer je onroerend goed aankoopt. Met onroerend goed wordt onder meer bedoeld een huis of bedrijfspand of bijvoorbeeld het recht van opstal of erfpacht op een woning of bedrijfspand. 

Voor 1 januari 2021 is de overdrachtsbelasting alsvolgt geregeld. Voor woningen betaal je 2% overdrachtsbelasting over de marktwaarde en voor andere onroerende zaken, zoals onder andere bedrijfspanden, geldt een tarief van 6% overdrachtsbelasting. Het tarief aan overdrachtsbelasting betaal je niet over notariskosten, maar alleen over de marktwaarde van het huis. De overdrachtsbelasting wordt over het algemeen betaald door de koper. 

In de nieuwe situatie, die ingaat vanaf 1 januari 2021, is het uitgangspunt dat 8% overdrachtsbelasting het nieuwe normaal is. Echter kan er beroep worden gedaan op een vrijstelling op de overdrachtsbelasting waardoor je 0% betaalt en een verlaagd tarief van 2% overdrachtsbelasting.

De grootste verandering geldt voor starters, zij kunnen gebruik maken van een vrijstelling voor de overdrachtsbelasting waardoor voor hen een tarief van 0% geldt ten aanzien van de overdrachtsbelasting. Starters zijn in de ogen van de overheid natuurlijke personen van 18 tot 35 jaar, ook is van belang dat de starter nog niet eerder eem beroep heeft gedaan op de startersvrijstelling. Daarbij moeten deze natuurlijke personen de woning gaan bewonen voor een periode van minimaal 6 maanden om een beroep te kunnen doen op deze startersvrijstelling.

Natuurlijke personen die de woning wél als hoofdverblijf gaan gebruiken maar niet voldoen aan de leeftijdseis of al eerder beroep hebben gedaan op de startersvrijstelling, kunnen een beroep doen op het verlaagd tarief van 2% overdrachtsbelasting.

Voor alle niet natuurlijke personen en natuurlijke personen die de woning niet zelf gaan bewonen zal het tarief voor de overdrachtsbelasting van 8% gelden. Voor niet-woningen zal het tarief van 8% gelden waar dit eerst nog 6% overdrachtsbelasting was.

Let op! Vanaf 1 april 2021 zal de startersvrijstelling een gewijzigde inhoud kennen. Voor woningen boven een marktwaarde van € 400.000 zal de vrijstelling in zijn geheel niet gelden. Op alle woningen met een marktwaarde hoger dan € 400.000 kan nog wel beroep worden gedaan op het verlaagd tarief van 2%.  

Als koper van een woning dien je zelf beroep te doen op de door jou gewenste vrijstelling. Dit doe je schriftelijk door het formulier met betrekking tot de overdrachtsbelasting wat je van ons ontvangt, voorafgaande aan het passeren van de akte, ingevuld te retourneren aan ons kantoor. Wanneer je samen met jouw partner een woning aankoopt, zijn jullie beide kopers. Dat houdt in dat jullie beide, indien gewenst, beroep moeten doen op de startersvrijstelling of het verlaagd tarief.

Hoewel de naam misschien anders doet denken is de startersvrijstelling niet alleen toepasbaar bij de aankoop van een eerste woning. Zolang je als koper voldoet aan de vrijstellingseisen die hierboven benoemd staan mag jijzelf bepalen wanneer je de startersvrijstelling gebruikt. 

In de praktijk kan de volgende situatie zich dus voor doen. Je bent 30 jaar oud en hebt in 2015 een appartement gekocht. Omdat er in 2015 nog geen startersvrijstelling was, heb je daar nog geen gebruik van gemaakt. Dit houdt in dat jij in 2021 samen met jouw partner een woning kunt kopen met deze startersvrijstelling. Ongeacht of jij jouw huidig appartement verkoopt of gaat verhuren. Laat je daarom goed adviseren over wanneer je het beste een beroep kunt doen op de startersvrijstelling van 0%.